Matrixrekening: Matrices in MATLAB
Rekenen met matrices en vectoren
Je kunt in MATLAB gemakkelijk matrices optellen, aftrekken, vermenigvuldigen (ook scalair) en machtsverheffen. Voorbeelden illustreren dit het beste.
Rekenen met matrices en vectoren
>> A = [1 2 3; 4 5 6]
A =
1 2 3
4 5 6
>> B = diag([1 2 3])
B =
1 0 0
0 2 0
0 0 3
>> At = A' % getransponeerde van A
At =
1 4
2 5
3 6
>> A*B % matrixvermenigvuldiging
ans =
1 4 9
4 10 18
>> A*At
ans =
14 32
32 77
>> At*A
ans =
17 22 27
22 29 36
27 36 45
>> ans + B % optelling van matrices
ans =
18 22 27
22 31 36
27 36 48
>> 3*A % scalaire vermenigvuldiging
ans =
3 6 9
12 15 18
>> v = [1; 2; 3]
v =
1
2
3
>> A*v % matrix-vector vermenigvuldiging
ans =
14
32
>> v'*A' % vector-matrix vermenigvuldiging
ans =
14 32
>> B^3 % machtsverheffing: B^3 = B*B*B
ans =
1 0 0
0 8 0
0 0 27
>> B^(-1) % inverse als macht
ans =
1.0000 0 0
0 0.5000 0
0 0 0.3333
>> A/B - A*B^(-1) % deling opgevat als vermenigvuldiging met inverse
ans =
0 0 0
0 0 0
>> B\At - B^(-1)*At
ans =
0 0
0 0
0 0
Als je optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en machtsverheffen wilt toepassen op componenten van vectoren of op matrixelementen, dan plaats je een punt voor de operator. We geven wat voorbeelden.
Operaties op matrixelementen
>> A
A =
1 2 3
4 5 6
>> A .^ 2
ans =
1 4 9
16 25 36
>> A .* A
ans =
1 4 9
16 25 36
>> A ./ A
ans =
1 1 1
1 1 1
Ontgrendel volledige toegang