Basisfuncties: Lineaire functies
Een lineair verband op basis van twee meetpunten
Je hebt al gezien hoe het functievoorschrift van een lineaire functie uitgerekend kan worden als je de richtingscoëfficiënt en een punt op de grafiek al bekend zijn. In praktijk kom je het volgende probleem veel meer tegen:
Gegeven twee meetpunten en met , wat is dan het functievoorschrift waarbij de grafiek door deze twee meetpunten gaat?
De algemene oplossingsmethode is als volgt:
De grafiek van de lineaire functie is een rechte lijn.
De richtingscoëfficiënt is te berekenen als quotiënt van toenames:
De asafsnede kan hierna berekend worden op basis van de coördinaten van een van beide meetpunten, bijvoorbeeld:
Een concreet dynamisch voorbeeld moge de methode verduidelijken.
Gegeven twee meetpunten en , wat is dan het functievoorschrift
waarbij de grafiek door deze twee meetpunten gaat?
De grafiek van de lineaire functie is een rechte lijn.
De richtingscoëfficiënt is te berekenen als quotiënt van toenames:
De grafiek van deze functie is samen met de twee gegeven punten in onderstaande figuur getekend.

De richtingscoëfficiënt is te berekenen als quotiënt van toenames:
De verticale asafsnede kan hierna berekend worden op basis van de coördinaten van een van beide meetpunten, bijvoorbeeld op basis van het punt :
Het functievoorschrift is
De verticale asafsnede is .
De grafiek van deze functie is samen met de twee gegeven punten in onderstaande figuur getekend.

Ontgrendel volledige toegang