De algemene vorm van een veeltermfunctie is:
met
. De uitdrukking
met
heet een
veelterm of
polynoom. De parameters
noemen we de
coëfficiënten van de veelterm. De hoogste exponent
heet de
graad van de veelterm. De term
heet de
kopterm van de veelterm en
is de
kopcoëfficiënt of
leidende coëfficiënt.
De graad van is gelijk aan 3; de kopterm is en de kopcoëfficiënt is .
De graad van is gelijk aan 4; de kopterm is en de kopcoëfficiënt is .
De graad van is gelijk aan 5; de kopterm is en de kopcoëfficiënt is .
De veelterm
kan met het sommatieteken kort opgeschreven worden als
Lineaire en kwadratische functies zijn veeltermfuncties van graad 1 en 2. Vandaar dat ze ook eerstegraadsfuncties respectievelijk tweedegraadsfuncties worden genoemd.
Machtfuncties zijn veeltermfunctie met maar 1 term.
Bij kwadratische functies hebben we gezien dat deze ook wel eens in ontbonden vorm geschreven staan. Ook bij veeltermfuncties van hoge graad treedt dit op. Door haakjes weg te werken kun je dan de standaardvorm bepalen.
Schrijf de veeltermfunctie
is standaardvorm om de graad, kopterm en kopcoëfficiënt te bepalen
We lezen nu af:
graad van de veelterm .
kopterm van de veelterm .
kopcoëfficiënt van de veelterm .
De grafiek van de functie
is hieronder is getekend voor een interval waarin alle toppen en nulpunten zichtbaar zijn
Je ziet duidelijk dat de grafiek 4 toppen en 5 nulpunten heeft. In het algemeen geldt dat de grafiek van een -degraadsveeltermfunctie toppen en nulpunten heeft (in ieder geval als je met multipliciteiten telt, anders kunnen het er minder zijn).