Rekenen met getallen: Decimale getallen
Ordening van decimale getallen
Decimale getallen, die eigenlijk ook breuken zijn, liggen op de getallenlijn; zie onderstaande figuur waarin je de rode punt kunt verplaatsen om het decimale getal op de getallenlijn aan te wijzen. Soms zie je geen decimale notatie: dat is wanneer je een natuurlijk getal aanwijst.
Je ziet dat een positief decimaal getal groter is naarmate het getal meer naar rechts op de getallenlijn ligt:
- \(2\) is groter dan \(1\) en je schrijft \(2>1\).
- \(1.72\) is groter dan \(1.68\) en je schrijft \(1.72>1.68\)
- \(0.5\) is kleiner dan \(0.6\) en je schrijft \(0.5<0.6\)
Om twee positieve decimale getallen met elkaar te vergelijken, schrijven we ze uitgelijnd op de decimale punt onder elkaar en vullen we eventueel decimalen aan met nullen om een gelijk aantal decimalen in de getallen te krijgen en zetten we eventueel nullen aan de voorkant van een getal om het aantal cijfers van de twee getallen gelijk aan elkaar te laten zijn. Hierna vergelijken we de twee decimale getallen cijfer voor cijfer van links naar rechts. Bij het eerste verschillende cijfer is het getal met het laagste cijfer op die positie het kleinste getal.
Voorbeelden
\(4.321<12.34\) want aanvulling met nullen \[\begin{aligned}\blue{0}4.321\\ 12.34\green{0}\end{aligned}\] geeft \(\blue{0}<1\).
\(12.34<12.43\) want voor eerste verschillende cijfers van links naar rechts geldt \(3<4\).