Complexe getallen: Het complexe vlak
Rekenen met vectoren in het complexe vlak
Beschouw de complexe getallen \(z=3+2\, \ii\) en \(w=3-\ii\) die al getoond worden als vectoren in het complexe vlak.
Teken nu \(z+w\) als een vector in het complexe vlak: wijs eerst het beginpunt van de pijl aan en daarna het eindpunt.
Als je wilt corrigeren, versleep dan de pijl naar een nieuwe positie door begin- en/of eindpunt te verplaatsen.
Teken nu \(z+w\) als een vector in het complexe vlak: wijs eerst het beginpunt van de pijl aan en daarna het eindpunt.
Als je wilt corrigeren, versleep dan de pijl naar een nieuwe positie door begin- en/of eindpunt te verplaatsen.
Ontgrendel volledige toegang